Middeleeuwse meesterproeven, symbolen en magie.
Wat zijn metseltekens?
Metseltekens zijn in de lage landen geen onbekend verschijnsel. Het zijn patronen in het metselwerk van gebouwen, gemaakt met bakstenen met een afwijkende kleur. Grofweg in de periode 1300 -1600 was het populair.
De metseltekens zijn soms alleen decoratief bedoeld maar vaak ook lijkt er een symbolische, bezwerende en/of religieuze betekenis achter te zitten. Het is echter erg moeilijk om harde uitspraken te doen over deze betekenissen.
Lees hier mijn artikel over Metseltekens in Haarlem, gepubliceerd in het Jaarboek Haerlem 2015.
Er zijn verschillende gangbare verklaringen voor deze historische metseltekens. Het zouden bijvoorbeeld meesterproeven kunnen zijn van leerling-metselaars. Om een strak symbool of figuur in een muur te verwerken dient men immers zeer secuur te metselen. Decoratieve patronen zijn helemaal een monsterklus die een kundig vakman behoeft. Niet alle metseltekens lijken echter decoratief bedoeld.
Een andere verklaring is dat het rechtstekens zouden zijn. Het zou dan bijvoorbeeld betekenen dat in een gebouw recht gesproken wordt of dat een gebouw een rechtsgebied vertegenwoordigd. Deze verklaring wordt echter ook betwist.
Veel metseltekens lijken juist een religieuze of spirituele betekenis te hebben. Bij Christelijke symbolen is het heel duidelijk. Dit kan dan een vorm van huisbescherming zijn. Daarnaast treffen we veel symbolen aan die niet per se Christelijk zijn maar eerder uit een voor-Christelijke volkstraditie lijken te komen.
Deze diverse vormen van metseltekens fascineren mij mateloos en ik ben dan ook al jaren bezig met het inventariseren van metseltekens in Nederland en daarbuiten. Ik verzamel gegevens, publicaties, onderzoek en verhalen over de metseltekens. Een deel daarvan is hieronder te vinden:
Geloof en bijgeloof
Naast de ‘officiële’ roomse kerk beleefde men in de middeleeuwen diverse vormen van volks- en bijgeloof. Mensen waren bang voor van alles en men kende heilzame krachten toe aan zaken die wij ons nu niet meer voor kunnen stellen. In deze context zouden we de metseltekens in de gevels van middeleeuwse gebouwen kunnen plaatsen. Het zijn dan magische tekens met een bezwerende werking. Ze beschermen woonplaats of eigendom tegen kwade krachten. De tekens konden onrecht uitbannen, kwaad bezweren of vruchtbaarheid bevorderen.
Het is zeer waarschijnlijk dat de metseltekens door het metselaarsgilde werd aangebracht los van het totaalconcept van de bouwmeester. Dit verklaart enerzijds de betrekkelijk willekeurige locatie van de tekens op de meeste gebouwen maar ook benadrukt het de status van ‘volksritueel’.
Vormen die we veel tegen komen zijn de Ruit en het Andreaskruis (Maalkruis) en diverse varianten en combinaties hiervan. Daarnaast waren toverknopen en bepaalde rune-tekens populair. Metseltekens in Vlaanderen zijn vrij goed in kaart gebracht. In de noordelijke Nederlanden is er nog wat minder over dit verschijnsel bekend.
Behalve middels metseltekens, zijn beschermende tekens in vele vormen bekend, zowel Christelijk als voor-Christelijk. Het kruis is al in de voor-Christelijk periode in gebruik als magisch en/of bezwerend teken. In Katholieke streken, met name in Duitsland is het nog altijd gebruikelijk om tijdens Driekoningenavond de letters C-M-B op of boven de voordeur te schrijven: Christus Mansionem Benedicat. (Christus bescherm dit huis)
Bekend zijn ook de kruizen die in metalen muurankers gekerfd zijn en zouden dienen als huisbescherming. Ook van de kruizen gekerfd in stiepels (middenpalen) in Oost-Nederlandse boerderijen zijn dergelijke verhalen bekend.
Historische Bronnen
Over Metseltekens zijn vrijwel geen contemporaine bronnen bekend. In de middeleeuwen zelf is er niet over geschreven, althans niet dat wij weten. Ook afbeeldingen zijn er vrijwel niet zodat we de ‘bewijzen’ over de betekenis van de tekens dus uit secundaire bronnen en vergelijkingen moeten halen. Heel zeldzaam zie je iets afgebeeld op een prent of schilderij uit de 16e of 17e eeuw dat op een metselteken lijkt. Al zou het vaak ook een muuranker of iets anders kunnen zijn.
Literatuur en bronnen
Over metseltekens is geschreven door o.a. de Vlamingen Geert Hoornaert en Marc Robben. In Nederland verschenen er artikelen van Herman Strijbos (o.a. ‘Tekens van Tegenspraak’ in Brabants Heem) en Ben Veldstra (in o.a. Heemtijdhhingen Woerden). Rob Gruben schreef over de meesterproeve van de metselaar.
Ook is het nuttig om naar publicaties te kijken over volks- en bijgeloof in de middeleeuwen: Judith Schuyf, Heidens Nederland, 1995. Jan Jans, Gevel- en Stiepeltekens in Oost-Nederland, 1974.